Er is iets raars aan de hand met bezittelijke voornaamwoorden
Iedereen weet wat ’ik’ is. Ik is een entiteit, zeg maar een object met kenmerken. Datzelfde geldt voor jij, hij en zij.
Net als in onderzoek heeft iedere entiteit kenmerken die je kunt beschrijven. Iemand heeft blond haar bijvoorbeeld. Of zwart, of rood, of bruin. Je haar moet je goed verzorgen. Daar ben jezelf verantwoordelijk voor. Je kunt het lang laten groeien, kort afknippen, laten krullen of juist stijlen. Dat mag je helemaal zelf weten. Over dat kenmerk heeft een ander niet zo veel te zeggen. Misschien dat je partner aangeeft wat je mooi of niet mooi staat, maar dat is het dan ook.
Het wordt anders als je het hebt over mijn tuin, of mijn huis. Plotseling is het niet meer alleen jouw verantwoordelijkheid, maar ook van de gemeente. Je moet een vergunning aanvragen om aan de voorkant van je huis een dakkapel wilt laten bouwen. Dat je dat gedrag vertoont, is dan wel weer jouw verantwoordelijkheid. Voor je eigen gedrag ben je dus zelf verantwoordelijk, maar voor het gedrag van anderen niet.
Nou zo makkelijk is dat ook weer niet. Als je het hebt over mijn kinderen, dan word je ook verantwoordelijk gehouden voor het gedrag dat zij vertonen. Daar ontstaat een spanningsveld. Kinderen zijn ook entiteiten en vertonen ook gedrag waar ze zelf verantwoordelijk voor zijn. Maar toch, als ze niet fatsoenlijk worden opgevoed, word jij daar op aangekeken. Een man in de buurt heeft kinderen die met oud-en-nieuw alle verkeersborden in de buurt met vuurwerk vernielen. “Zo kind, zo vader” denk ik dan. Ik hou hem – misschien ten onrechte – verantwoordelijk voor het gedrag van zijn kinderen.
Als ik het heb over mijn tuin, dan ben ik verantwoordelijk voor het onderhoud ervan. Buren kunnen me erop aanspreken als ik dat niet goed genoeg doe. Ik moet dus wel het juiste gedrag vertonen. Als ik dat niet doe, krijg ik een boete. Tenminste, als op slecht onderhoud een boete kan worden uitgedeeld.
Laatst las ik in de krant dat een man van in de negentig er verantwoordelijk voor wordt gehouden dat er een lading drugsafval in zijn tuin was gedumpt. Mooi is dat. Om het op te ruimen moest er bijna één miljoen euro aan schoonmaakkosten worden gemaakt. Daarover ontstond een twist: wie moet die kosten betalen? Is dat de eigenaar van de grond of degene die het afval heeft gedumpt? Je kunt toch moeilijk deze man van negentig verantwoordelijk houden voor het gedrag van een persoon die hij helemaal niet kent. Maar het is wel zijn tuin.
Als het nou een leeg flesje bier was dat een alcoholist in de tuin had gedumpt, dan was het nog wel op te ruimen. Maar ja, Foeke, dat is makkelijk gezegd. De praktijk is wat anders. Eén flesje bier is nog wel op te ruimen, maar wat als het er honderden zijn? Laatst liep ik over straat en er gooide een tiener voor mij zomaar een lege petfles in de sloot. Ik zei er wat van: dat is toch milieu vervuiling? Toen ik nog eens wat beter keek, lagen er wel honderd flessen. Wie is daar verantwoordelijk voor? Wie heeft de rotzooi veroorzaakt en wie moet het opruimen? En wie betaalt de rekening? Nu lag de rotzooi op de gemeentegrond.
Mijn familie komt uit Friesland; ik zelf overigens ook. Mijn voorouders zijn altijd arme mensen geweest. Eenvoudige handwerklieden. Met kolonialisme heb ik nooit wat van doen gehad. Mijn voor-, voor-, voorouders ook niet. Toch word ik er nu op aangekeken dat ik een blanke bevoorrechte Nederlander ben. Zo kan ik in de ogen van een ander dan wel zijn, maar ik heb nooit op een ander neergekeken omdat die anders was. Man, vrouw, homo, lesbienne, gekleurd, blank, rijk, arm, het maakt mij allemaal niet uit. Iedereen wordt door mij met respect behandeld en beoordeeld op zijn gedrag. Velen gedragen zich ook netjes naar mij. Iedereen is in mijn ogen anders, maar wel gelijkwaardig. Toch wordt er van mij verlangd dat ik meebetaal aan het vereffenen van schulden aan de koloniën. Ja, natuurlijk niet op persoonlijke titel, maar wel als belastingbetaler van een land dat in een ver verleden een ander land en een andere bevolking uitgebuit heeft. Het is niet mijn bezit, niet mijn gedrag, maar is het dan wel mijn verantwoordelijkheid? Als nazaat van uitgebuite voorouders - je moest eens weten hoe arm ze waren - zou ik ook wel een schadeloosheid willen ontvangen.
En omdat ik in Nederland woon, is het mijn regering. Mijn regering zou moeten zorgen voor een schoon milieu. Voor een veilig land waar drugscriminelen niet zomaar hun troep kunnen dumpen. Dat er voor zorgt dat er geen armoe is en mensen voldoende te eten hebben. Dat planten en dieren niet verdelgd worden door chemische middelen. Dat boeren zonder het milieu te vernielen, ons van eten kunnen voorzien. Dat we palmolie uit Indonesië kunnen importeren en chips in China kunnen laten fabriceren en een wereldwijd perfect klimaat.
Tja, er is zoveel dat mijn regering zou moeten doen. Maar moet ze dat allemaal wel doen? Welke verantwoordelijkheid heb ik zelf over mijn bezit en mijn gedrag? Welke verantwoordelijkheid heb jij over jouw bezit en jouw gedrag? Welke verantwoordelijkheid hebben wij over ons bezit en ons gedrag?
Dit is allemaal het gevolg van de wetmatigheden die ik in het onderscheid tussen levende organismen en dode materie beschrijf. Daar zitten we dan maar mooi mee opgescheept. Op de een of andere manier moeten we als samenleving daar toch iets aan doen. En dat proberen we ook wel, maar dat is niet makkelijk.