Ze hebben mij nog geleerd dat koeien gras eten
Vroeger heb ik me erover verbaasd dat de kinderen in Amsterdam dachten dat de melk van de supermarkt kwam. Dat klopt natuurlijk niet, want het kwam van de Coöperatieve Condensfabriek in Leeuwarden.
Maar ook dat klopte niet. Melk komt van koeien. Het meeste tenminste.
Vroeger kon je zelfs verse melk bij een melkboer van een SRV-wagen kopen. Mijn moeder deed dat soms. Dan ging ze met een kannetje naar buiten om een litertje melk te halen. Uit een soort biertap.
Bij ons in de straat kwamen zelfs twee SRV-wagens. Nou ja, niet helemaal. De ene kwam voorom en de ander achterom. Op een dag belde de melkboer die voorom kwam aan en vroeg wat we nodig hadden. Ik zei dat ik dat niet wist omdat mijn moeder net even naar die andere melkboer was gegaan om verse melk te kopen. Dat had ik beter niet kunnen zeggen. Melkboer teleurgesteld en ´mem lulk´.
Die verse melk was wel wat romiger. En je moest het zelf koken. Als het afkoelde, kwam er een velletje op. Dat was gezond, zei mijn moeder. Het zal wel. Met wat suiker, was dat velletje best wel te eten.
De kwaliteit van de melk
De kwaliteit van de melk moet natuurlijk wel gewaarborgd worden. Je kunt niet de ene dag een top product leveren en de andere dag een product dat je meteen weg zou moeten gooien. Mijn opa was controleur op de melkfabriek in Kollum. Hij wist alles van kwaliteit van melk en kaas, hoop ik. Hij heeft het me niet kunnen vertellen want toen hij overleed, was ik nog een klein jongetje.
Kollum had hele goede kaas. Misschien kent u het nog: Kollumer kaas. Echt goed. Misschien ook al wegbezuinigd, want ik zie het tegenwoordig nergens meer.
Consumenten gaan vaak voor de laagste prijs. En melk is melk toch? Nou nee. Op een bepaald moment dronk ik melk van een goedkoop merk. Ik vond het net water. Blgh. Sindsdien koop ik een wat duurder merk. Voor een dubbeltje meer, heb je voedsel van een betere kwaliteit. Dat is niet alleen lekkerder maar ook gezonder. Op goed voedsel moet je niet bezuinigen.
De kwaliteit van melk wordt natuurlijk niet alleen in de fabriek gerealiseerd. Daar zijn ze ook afhankelijk van hun aanvoer.
De koe
Een koe op het land eet gras. Dat gras wordt via vier (!) magen omgezet in melk. Een hele prestatie. Een koe die ziek wordt, levert melk van mindere kwaliteit. Een boer moet er dan ook voor zorgen dat het vee goed verzorgd wordt. Een zieke koe levert niks op. Het is voor de boer van groot economisch belang om goed voor zijn dieren te zorgen. En daar ging het mis.
Om te voorkomen dat een koe ziek wordt, kun je hem onder toezicht plaatsen. Het beestje mag niet meer naar buiten en krijgt alleen nog maar gecontroleerd voedsel. Dat geeft natuurlijk weer andere problemen. Wat moet je met de bijproducten? Vroeger lagen de koeievlaaien gewoon op het land. Dat was ook weer goed voor het gras. De bodem werd er van nature rijker van. Dat is ook goed voor andere planten en weidevogels. In een stal moet je alle uitwerpselen bij elkaar schuiven en verzamelen in een tank. Daarna moet het via machines over het land worden verspreidt. Allemaal extra werk en het stinkt behoorlijk. Zo’n enkele vlaai geeft niet zo’n stank, maar zo’n machine wel. Om dat tegen te gaan, moeten de fecaliën nu in de grond worden gespoten. Dat vernietigd veel van de bodemcultuur en is alleen te bekostigen met schaalvergroting.
Maar het natuurlijke gedrag van de koe wordt op nog een manier ondermijnd: als zij alleen op stal mag staan, wat moet het dan eten? Vroeger gebruikten de boeren voor de wintermaanden hooi. Ter aanvulling kwam er krachtvoer bij. Omdat koeien steeds langer op stal staan, was er te weinig hooi en moesten er andere gewassen bij zoals mais en soja. Daarvan groeit er te weinig in Nederland. Van over de hele wereld, wordt er nu voedsel voor de koeien naar Nederland gebracht. Om dat diervoedsel te produceren, moeten er bossen worden gekapt.
De protesten zijn niet uit de lucht. Is het wel nodig om mais en soja aan de koeien te geven? Moeten we überhaupt nog wel melk drinken?
Het alternatief
Sojamelk is er al. De koe is op deze manier al buiten het productieproces gezet. Dus is-ie niet meer nodig. Dat scheelt een stukje bos.
Ik vind het alleen niet lekker. Al dat vegavoedsel zit vol met kunstmatige geur- en kleurstoffen. Wat men ook beweert, erg gezond kan het mijn inziens niet zijn. Ik hou meer van natuurlijk eten in plaats van voedsel dat in een fabriek wordt geproduceerd. Rode kool is nog steeds een lievelingsgerecht, maar dan wel van een verse krop en zelf gesneden. Niet uit een potje of voorverpakt met een plastic folie erom heen. Ik kan me vergissen, maar het lijkt erop dat verse rode kool ook uit de winkelschappen verdwijnt.
In 60 jaar is er veel veranderd. Ik heb koeien nog gras zien eten. Misschien dat men over twee generaties zich zal afvragen wat een koe is en vinden ze wetenschappelijk verantwoord voedsel belangrijker dan natuurlijk biologisch voedsel. Onderzoek kan ook een negatieve impact hebben. Zeker als je maar een beperkte kijk hebt op het totale plaatje. Melk is toch echt veel lekkerder dan water met een wit kleurtje en een afgepaste hoeveelheid toegevoegde eiwitten en koolhydraten. En gezonder, en natuurlijker en beter voor het milieu.
Foeke van der Zee
Dit blog heeft als thema: Onderzoek en Samenleving en wordt op persoonlijke titel geschreven.
Toelichting:
Beleidsmakers moeten weten aan welke knoppen ze moeten draaien en welke hendels ze om moeten zetten om problemen op te lossen. Onderzoek helpt om betere keuzes te maken. Dat draaien aan knoppen en hendeltjes zijn de onafhankelijke variabelen en het effect is de afhankelijke variabele. Dat leren we de studenten op school. Houden beleidsmakers zich daaraan? Werkt dat door in de bestuurskamers van de overheid en ondernemingen?
Als je denkt dat dit ook interessant is voor anderen, deel dan dit bericht. Alvast bedankt.